knarpen
- knar·pen
knarpen [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
knarpen |
knarpte |
geknarpt |
zwak -t | volledig |
- ontvreemden, stelen, kapen
- krassend geluid maken
- Het woord knarpen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "knarpen" herkend door:
18 % | van de Nederlanders; |
26 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ knarpen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be