Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • knal·paars
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen knalpaars knalpaarser knalpaarst
verbogen knalpaarse knalpaarsere knalpaarste
partitief knalpaars knalpaarsers -

Bijvoeglijk naamwoord

knalpaars

  1. (kleur) met een opvallend heldere en verzadigde paarse kleur
     Het Californische jeansmerk maakt broeken die aan de ene kant grijs zijn, en aan de andere kant knalpaars.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Nathalie Wouters
    “Dubbelzijdige jeans” op nrc.nl