Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • klif·chip·munk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord klifchipmunk klifchipmunks
verkleinwoord klifchipmunkje klifchipmunkjes

Zelfstandig naamwoord

klifchipmunk

  1. (knaagdieren) Tamias dorsalis   knaagdier uit de familie van de eekhoorns (Sciuridae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd in 1855 door Spencer F. Baird
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie