• klein·ka·pi·taal
enkelvoud meervoud
naamwoord kleinkapitaal kleinkapitalen
verkleinwoord

het kleinkapitaalo [2]

  1. (typografie) letter die qua omvang klein is maar qua vorm een hoofdletter is
  2. onderneming of ondernemer van kleine omvang
     Van 1997 tot 2003 was De Boer voorzitter van MKB-Nederland. ‘De ridder van het kleinkapitaal’, zoals hij zelf vaak grapte. Jacco Vonhof, voorzitter MKB-Nederland: ,,Hans was een fantastische collega, maar zeker ook mentor, en met hem wist je altijd precies waar je aan toe was. Met bevlogenheid heeft hij zich vele jaren ingezet voor ondernemers, groot en klein. Eerst als één van mijn voorgangers bij MKB-Nederland, later bij VNO-NCW. Wij gaan hem enorm missen en onze gedachten zijn bij zijn gezin en andere dierbaren.’[3]
  1. kleinkapitaal op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3.   Weblink bron
    Ton Voermans
    “Oud-voorman VNO-NCW Hans de Boer (66) overleden” (18-01-2021,), Tubantia