Nederlands

Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • klei·ne wol·zwe·ver
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kleine wolzwever kleine wolzwevers
verkleinwoord klein wolzwevertje kleine wolzwevertjes

Zelfstandig naamwoord

de kleine wolzweverm

  1. (tweevleugeligen) Systoechus ctenopterus   een vliegensoort uit de familie van de wolzwevers (Bombyliidae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1787 door Mikan
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie