kisserlederkop
- (IPA in voorbereiding)
- kis·ser·le·der·kop
- samenstelling van kisser en lederkop zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kisserlederkop | kisserlederkoppen |
verkleinwoord | kisserlederkopje | kisserlederkopjes |
de kisserlederkop m
- (zangvogels) Philemon kisserensis een zangvogel uit de familie van de honingeters. Nauw verwant aan deze soort zijn de mamberanolederkop (P. brassi), timorlederkop (P. inornatus) en de kleine lederkop (P. citreogularis). BirdLife International/IUCN beschouwt deze lederkop als ondersoort van de kleine lederkop
- Het woord 'kisserlederkop' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.