kapzaag
- kap·zaag
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kapzaag | kapzagen |
verkleinwoord | kapzaagje | kapzaagjes |
- (gereedschap) zaag voor fijn timmerwerk (dwars op de draad)
- Het woord kapzaag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kapzaag" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
67 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be