• kap·per·tje
enkelvoud meervoud
naamwoord - -
verkleinwoord kappertje kappertjes

het kappertjeo dim. tant.

  1. (voeding) een klein groen bloemknopje van de kappertjesplant, Capparis spinosa  , dat meestal op zuur bewaard wordt en dat als kruiderij gebruikt wordt

het kappertjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kapper
100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be