Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • kamt·sjat·ka·mar·mot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kamtsjatkamarmot kamtsjatkamarmotten
verkleinwoord kamtsjatkamarmotje kamtsjatkamarmotjes

Zelfstandig naamwoord

de kamtsjatkamarmotv / m

  1. (knaagdieren) Marmota camtschatica   knaagdier uit de familie der eekhoorns (Sciuridae). Het is bovendien de grootste vertegenwoordiger binnen deze familie. De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Pallas in 1811
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie