jubilee
- ju·bi·lee
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | jubilee | jubilees |
verkleinwoord |
het jubilee o
- jubileum
- De Britse koningin vierde het afgelopen jaar haar Diamond Jubilee, haar zestigjarig jubileum als vorstin. Ook speelde ze een belangrijke rol tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Londen. [2]
- jubilaris
- Dinsdag gaat zijn nieuwe tournee, ‘Jubilee Lanoye’, in première in de stadsschouwburg van Utrecht. Donderdag vindt de Vlaamse première plaats in de stadsschouwburg van Sint-Niklaas. Op 27 augustus is de schrijver zestig jaar geworden, vandaar de tournee. [3]
- jubeljaar
- naam van een beroemde diamant
- Het woord jubilee staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "jubilee" herkend door:
75 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 27-12-12 Queen Elizabeth gekozen tot Brit van het jaar
- ↑ De Standaard 22/09/2018 Tom Lanoye krijgt Groenman-taalprijs
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be