journaliste
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: journaliste (hulp, bestand)
- IPA: / ʒurnaˈlɪstə / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- jour·na·lis·te
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van journalist met het achtervoegsel -e
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | journaliste | journalistes |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de journaliste v
- (beroep) (media) vrouw die journalist is
- Een journalist of journaliste is een beroepsbeoefenaar die nieuwsfeiten verzamelt over recente gebeurtenissen van algemeen belang, die deze feiten onderzoekt of analyseert en daarover publiceert in een actueel (nieuws)medium.
- Fluisterend vertelt ze dat ze de dokter het liefst om "een spuitje" had gevraagd. De journaliste naast haar bed schrikt en vraagt of er dan helemaal niets is waar ze de vrouw een plezier mee kan doen. "Een mango", antwoordt Coolen tot ieders verrassing. [1]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord journaliste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "journaliste" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Tubantia H. van Houwelingen 5 juni 2018 Hoe één mango België in de ban kreeg
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be