jongensachtig
- jon·gens·ach·tig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | jongensachtig | jongensachtiger | jongensachtigst |
verbogen | jongensachtige | jongensachtigere | jongensachtigste |
partitief | jongensachtigs | jongensachtigers | - |
jongensachtig
- gelijkend op, of eigenschappen hebbend van jongens
- Met jongensachtige bravoure wist hij zich weer uit alle problemen te praten.
- Het woord jongensachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.