• in·ge·wik·keld·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord ingewikkeldheid ingewikkeldheden
verkleinwoord

de ingewikkeldheidv

  1. de mate waarin iets complex is
     Maart 2020: de commissie-Donner zegt dat de kinderopvangtoeslag bij veel ouders voor problemen zorgt, los van de hardhandige fraudeaanpak. Dat komt door de ingewikkeldheid van de regeling.[1]
     In het regeerakkoord hadden de regeringspartijen destijds afgesproken iets te gaan doen aan de ingewikkeldheid van het toeslagensysteem. Ok was er een probleem met het feit dat opa's en oma's die altijd gratis op hun kleinkinderen pasten, nu geld kregen als professionele opvang.[2]
  1.   Weblink bron “Verhoren kinderopvangtoeslag-affaire: van genegeerde ambtenaar tot Rutte” (14 NOVEMBER 2020), NOS
  2.   Weblink bron “Asscher: ik wist niet dat er onder kinderopvangtoeslag zo veel leed zat” (MA 23 NOVEMBER 2020), NOS