ingaande
- in·gaan·de
- verbogen vorm van ingaand, het voltooid deelwoord van ingaan [1]
- afgeleid van ingaand met het achtervoegsel -e
ingaande
- in werking tredend op, geldend vanaf (gevolgd door de aanduiding van een datum)
- De achteringang is ingaande 1 maart alleen nog voor de leraren bestemd.
vervoeging van: | ingaan |
ingaande
- verbogen vorm van ingaand, het onvoltooid deelwoord van ingaan
- Het woord ingaande staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ingaande" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be