indopen
- in·do·pen
- samenstelling van in bw en dopen ww
indopen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
indopen |
doopte in |
ingedoopt |
zwak -t | volledig |
- voorzichtig in een vloeistof stoppen
- Na bakken: indopen of besprenkelen met getempereerde witte, pure of melkchocolade [2]
- Indopen deed je in de inktpot. Die pot was ingebouwd in de schoolbank. Hij werd bijgevuld met een grote fles schoolinkt, meestal van het merk Talens. In ouderwetse, vaste schoolbanken kon de inktpot er niet uit, waardoor na verloop van jaren de inkt steeds modderiger werd. Na de oorlog verschenen er losse schooltafeltjes met een uitneembaar inktpotje, afgedekt door een rood schuifje. [3]
- Het woord indopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "indopen" herkend door:
81 % | van de Nederlanders; |
67 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Telegraaf 06 jan. 2016 Schuimkransjes
- ↑ NRC 12 januari 2012 Langzaam drogende letters
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be