hydrofiel
- hy·dro·fiel
- In de betekenis van ‘vocht aantrekkend’ voor het eerst aangetroffen in 1924 [1]
- met het voorvoegsel hydro- en met het achtervoegsel -fiel [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | hydrofiel | hydrofieler | hydrofielst |
verbogen | hydrofiele | hydrofielere | hydrofielste |
partitief | hydrofiels | hydrofielers | - |
hydrofiel
- (medisch) water aantrekkend, waterminnend
- Het woord hydrofiel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hydrofiel" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "hydrofiel" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ hydrofiel op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be