breien als vorm van huisvlijt
  • huis·vlijt
enkelvoud meervoud
naamwoord huisvlijt
verkleinwoord

de huisvlijtv / m

  1. praktische en/of decoratieve werken, die zijn gemaakt door mensen die geen scholing daarin hadden maar, vaak voor eigen gebruik
    • Niet alles is verpatst. Vader Adam Dickson (44) trekt een paar gebreide handschoenen aan, summum van huisvlijt en wansmaak. Ze waren deze Koningsdag niet nodig, ondanks aangekondigde kou. De overgebleven koopwaar gaat mee terug. Of de verslaggever mocht belangstelling hebben voor een fruitschaal met bontgekleurd mozaïek-glaswerk... [2] 
    • Een voorbeeld van huisvlijt van een leerling, die hoogstwaarschijnlijk de nodige hulp kreeg van papa of mama. Een houten plank met de tekst ‘Bedankt koe-le juf’. Het woord koe-le roept wat vraagtekens op, maar verwijst vermoedelijk naar de afbeelding van de koe op de plank. Leerlinge Emma (7) uit groep 3 gaf de attentie aan juf Esther Nobbenhuis van basisschool De Bonkelaar in Almelo. [3] 
93 % van de Nederlanders;
80 % van de Vlamingen.[4]