Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hout·land
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord houtland houtlanden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het houtlando

  1. een gebied met veel bossen
     Holland betekent oorspronkelijk Houtland, maar daar is weinig meer van over. In 1850 besloegen de bossen nog maar 1 procent van de oppervlakte van Nederland.[2]
     Sinds 2003 stonden er langs de afrit van de E403 ruim 200 beuken die een poort moesten vormen naar het Houtland en Torhout.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

64 % van de Nederlanders;
65 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    Gijsbert Wolvers
    “Nieuwe appelbomen op een oude plek” (26-03-2016), Reformatorisch Dagblad
  3.   Weblink bron “Ruim 200 beuken in Torhout per ongeluk gerooid” (5 september 2018), De Morgen
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be