• ho·tel·ma·nage·ment
enkelvoud meervoud
naamwoord hotelmanagement
verkleinwoord

het hotelmanagemento

  1. (horeca) de leiding van een hotel
     Het hotelmanagement wil niet reageren op de zaak. De Kamer van Koophandel in Blackpool heeft wel contact gehad met de eigenaar en zegt dat deze boete in de toekomst niet meer zal worden opgelegd. Het beleid is aangepast.[1]
     De portiers werden ontmaskerd door undercoveragenten, nadat het hotelmanagement van gasten signalen had gekregen dat bij de portiers drugs als xtc en cocaïne te bestellen waren. In het voorjaar ging het hotel om de tafel met de politie, waarna de undercoveroperatie van start ging.[2]
  2. (onderwijs) (horeca) opleiding tot leidinggevende in een hotel
     Bij Kevin speelde geld een grote rol. Hij is bijna klaar met de mbo-opleiding hotelmanagement en heeft met z'n ouders besloten niet door te studeren. "Bij de hotelschool moet je verplicht op campus wonen, dat kost je al zo'n 7000 euro meer. Ik keek wat ik dan nog meer zou moeten lenen en wat ik daarvoor terugkreeg. En ik heb geen zin om als ik klaar ben nog jarenlang terug te moeten betalen.[3]



  1.   Weblink bron “'Vies, stinkend' hotel beboet stel om recensie” (woensdag 19 november 2014, 16:23), NOS
  2.   Weblink bron “Drugsdealende portiers vijfsterrenhotel A'dam ontslagen na undercoveractie” (zondag 11 november 2018, 07:18), NOS
  3.   Weblink bron “Deze gasten hebben geen geld over voor een hbo-opleiding” (dinsdag 19 april 2016, 17:17), NOS