Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ho·mo·mor·fis·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord homomorfisme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het homomorfismeo

  1. (wiskunde) een afbeelding van een verzameling met structuur in een andere verzameling met structuur die compatibel is met de structuren, dus de structuur van het domein overvoert in de structuur van het codomein
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /ɦɔmɔmɔrfɪzmɛ/

Zelfstandig naamwoord

homomorfisme

  1. vocatief enkelvoud van homomorfismus