hoepelhoutboom
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- hoe·pel·hout·boom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hoepelhoutboom | hoepelhoutbomen |
verkleinwoord | hoepelhoutboompje | hoepelhoutboompjes |
Zelfstandig naamwoord
de hoepelhoutboom m
- (bloemplanten) Copaifera guyanensis een boom die tot 40 m hoog kan worden. De boom komt voor in Colombia, de Guiana's en Brazilië (Amazonas, Pará, Bahía)
Hyperoniemen
- vlinderbloemenfamilie, zaadplanten, fabiden, rosiden, 'nieuwe' tweezaadlobbigen, bedektzadigen, landplanten, planten
Gangbaarheid
- Het woord 'hoepelhoutboom' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] hoepelhoutboom op Wikidata