hoekmeter
  • hoek·me·ter
enkelvoud meervoud
naamwoord hoekmeter hoekmeters
verkleinwoord hoekmetertje hoekmetertjes

de hoekmeterm [1]

  1. (wiskunde) toestel waarmee men de wijdte van een hoek kan vaststellen
     Er stonden stoelen en een bank, en op het rommelige bureau gloeide het beeldscherm van een computer groen op naast een antieke hoekmeter.[2]