• her·ver·ze·ke·ren

herverzekeren [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
herverzekeren
herverzekerde
herverzekerd
zwak -d volledig
  1. het verzekeren van de risico's die een verzekeringsmaatschappij loopt
    • Lloyd's of London is een zogenoemde markt voor verzekeringen. Tot de klanten behoren een groot aantal verzekeraars, die zich bij Lloyd's herverzekeren tegen risico's. [2] 
    • De desinvestering levert een eenmalige bate van 50 miljoen dollar op voor de kapitaalpositie van Aegon-dochter Transamerica. Er is verder afgesproken dat levensverzekeringsdochters van Transamerica voor een bedrag van 700 miljoen dollar aan aansprakelijkheden aan SCOR zullen herverzekeren. [3] 
    • IptiQ herverzekert risico’s op zorgpolissen bij Swiss Re. Zo verdient het moederbedrijf toch aan de stap in de Nederlandse zorgverzekeringsmarkt. [4] 
92 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[5]