• her·komst
enkelvoud meervoud
naamwoord herkomst herkomsten
verkleinwoord - -

de herkomstv

  1. de afkomst, waar iets of iemand vandaan komt
    • De herkomst van dit woord is niet bekend. 
    • Ze was niet veeleisend wat betreft hun kwaliteit of herkomst. Ze had foto's van Clemenceau, Maurras, Poincaré, Jaurès, Joffre, Briand... Sinds ze haar man had verloren, die het bevel voerde over een groep geniformeerde suppoosten in het Musée du Louvre, bezorgden grote mannen haar heftige sensaties. [3] 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]