heksensnot
- Geluid: heksensnot (hulp, bestand)
- hek·sen·snot
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | heksensnot | |
verkleinwoord |
het heksensnot o
- gelatine-achtige brij bestaande uit resten van een zwangere wijfjeskikker of pad die door een predator is opgevreten en uitgebraakt
- Het is lente en dan is er ook weer heksensnot; grote, kleurloze klodders gelei.[1]
- snot van heksen
- De opperheks had de komst van de heksen de voorbije weken al aangekondigd. Op verschillende plekken en in meerdere klassen had ze heksensnot en andere vreemde dingen achtergelaten. [2]
- Het woord 'heksensnot' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Lente, dus is er weer heksensnot, De Gelderlander, 21 maart 2017
- ↑ De Standaard 04 OKTOBER 2008 Jean-Pierre De Lamper In Baasrode staat een heksenschool