handelscontract

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  handelscontract    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• han·dels·con·tract

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  handel zn  en  contract zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	handelscontract	handelscontracten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het handelscontract o

1. (handel) bindende afspraak de handel betreffende

   ▸ De twee lidstaten hebben de zendingen tegengehouden en de VN op de hoogte gesteld. Een derde lidstaat heeft aanwijzingen dat er een handelscontract over wapens is tussen de Noord-Koreaanse en de Syrische autoriteiten.

   ▸ De kans is aanwezig dat de kwestie negatieve gevolgen zal hebben voor Ecuador. Het land heeft een handelscontract met de Verenigde Staten, waarbij goederen kunnen worden geëxporteerd zonder dat er in de VS belasting betaald hoeft te worden. Mogelijk dat de VS het handelscontract nu herziet.

Synoniemen

• handelsovereenkomst, intent, handelsdeal

Gangbaarheid

• Het woord handelscontract staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.