grensstad
- grens·stad
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grensstad | grenssteden |
verkleinwoord | grensstadje | grensstadjes |
- een plaats die zich bevindt in twee of meerdere geografische gebieden
- een stad die dicht bij een grens ligt
- Toeval of niet: Selena Gomez werd zaterdag op een tripje met vriendinnen gespot in hetzelfde stadje. En ja, het mag dan een ladies only-uitje zijn, maar met Bieber op zo’n kleine afstand, gaan de vermoedens dat zij elkaar rond het nieuwe jaar in het grensstadje vast even hebben opgezocht voor een knuffel en een kus.[2]
- EC-voorzitter Juncker: „Ik neem afscheid van een trouwe vriend. Hij was een naoorlogse gigant. Al tijdens zijn leven kwam hij in de geschiedenisboeken. Hij werd een continentaal monument. Hij wilde hier in Straatsburg afscheid nemen. Een Duits-Franse grensstad in Europa. Dit is echter niet een niet-Duitse, maar een Europese plechtigheid.[3]
- „De bank heeft in de periode van 2010 tot en met 2015 geld witgewassen van Mexicaanse drugskartels. Het gaat onder meer om cash dat straatdealers hebben verdiend met de verkoop van Mexicaanse drugs aan Amerikaanse gebruikers. Dat geld is gestort bij een vestiging van de Rabobank in de grensstad Calexico in het uiterste zuiden van de VS. De bank heeft het daarna rondgepompt naar allerlei andere rekeningen zodat de herkomst van het geld uiteindelijk niet meer is te achterhalen. Daarmee heeft de bank organisaties gesteund die op grote schaal verantwoordelijk zijn voor moord, foltering en verdwijningen.”[4]
1.
- Het woord grensstad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "grensstad" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Telegraaf 01 jan. 2018
- ↑ de Telegraaf ROB SAVELBERG 01 jul. 2017
- ↑ de Telegraaf JORIS POLMAN 03 feb. 2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be