• gre·na·dier
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘keursoldaat van de infanterie’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1688 [1]
  • afgeleid van het Franse grenade (granaat) (met het achtervoegsel -ier) [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord grenadier grenadiers
verkleinwoord - -

de grenadierm [4] [5]

  1. (militair) (beroep) keursoldaat van de infanterie
  2. (straalvinnigen) Coryphaenoides rupestris   een straalvinnige vis uit de familie van rattenstaarten (Macrouridae  ), orde van kabeljauwachtigen (Gadiformes  ). De vis kan maximaal 110 cm lang en 1690 gram zwaar worden. De hoogst geregistreerde leeftijd is 54 jaar
78 % van de Nederlanders;
81 % van de Vlamingen.[6]