graveerder

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  graveerder    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• gra·veer·der

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van graveren met het achtervoegsel -der

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	graveerder	graveerders
verkleinwoord	graveerdertje	graveerdertjes

Zelfstandig naamwoord

de graveerder m

1. (beroep) een ambachtsman die figuren, initialen of namen graveert

Synoniemen

• graveur

Vertalingen

    1.   

Duits: Graveur (de) m Engels: engraver (en) Frans: graveur (fr) m

Papiaments: grabadó Spaans: grabador (es) m

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord graveerder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.