gourmand
- gour·mand
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gourmand | gourmands |
verkleinwoord |
de gourmand m
- iemand die weet te genieten van goed eten
- Voor een bezoek aan een middenklasse restaurant - een eethuis dat zich eerder op een Bib Gourmand richt dan op een Michelinster - ervaren we 100 euro voor twee personen als een redelijk bedrag. Ongeveer evenveel als ik uitgeef om thuis vier dagen lang eten en drinken voor vier personen op tafel te kunnen zetten.[2]
- Lodewyk xviii was 'n vraat, of 'n lekkerbek, of 'n gourmand, of 'n glouton. In een of meer dezer hoedanigheden hield hy veel van truffels.[3]
- Het woord gourmand staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gourmand" herkend door:
54 % | van de Nederlanders; |
78 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ gourmand op website: Etymologiebank.nl
- ↑ HP de Tijd 14 mei 2010
- ↑ Multatuli Encyclopedie(1995)–K. ter Laan Lodewijk XVIII
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be