gierstdikkopje

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  gierstdikkopje    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• gierst·dik·kop·je

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  gierst zn  en  dikkopje zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord
verkleinwoord	gierstdikkopje	gierstdikkopjes

Zelfstandig naamwoord

het gierstdikkopje o dim. tant.

1. (vlinders) Pelopidas thrax  een vlinder uit de familie dikkopjes (Hesperiidae). De wetenschappelijke naam is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1821 door Jacob Hübner. De soort komt voor in Europa

Hyperoniemen

• dikkopjes, dagvlinders, vlinders, insecten, zespotigen, geleedpotigen, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'gierstdikkopje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.