gevoeglijk
- Geluid: gevoeglijk (hulp, bestand)
- ge·voeg·lijk
- In de betekenis van ‘betamelijk, gepast’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
- Naamwoord van handeling van het verouderde werkwoord gevoegen met het achtervoegsel -lijk
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | gevoeglijk | gevoeglijker | gevoeglijkst |
verbogen | gevoeglijke | gevoeglijkere | gevoeglijkste |
partitief | gevoeglijks | gevoeglijkers | - |
gevoeglijk [2]
- passend, betamelijk, behoorlijk
- Wij zullen het overlijden van de koning op een gevoeglijk moment herdenken.
gevoeglijk
- zonder probleem, zonder dat je de waarheid geweld aandoet
- We kunnen Juliana's oorlogsredes dus gevoeglijk opvatten als haar eigen woorden, zij het dat ze die wellicht formuleerde in samenspraak met toenmalige medewerkers en huisgenoten. Het ligt bijvoorbeeld voor de hand dat de Amerikaanse echtgenote van secretaris Van Tets hielp met het Engels. Het in 1948 door de Nederlandse consul in Canada G.P. Luden geschetste beeld echter van de prinses die haar toespraken houdt vanaf een vodje papier in haar tas waarop ze onderweg haar aantekeningen heeft genoteerd, onderstreept hoezeer Juliana's woorden haar eigen woorden waren.[3]
- Het stereotype beeld van de vrome muzelman te paard, met in zijn rechterhand het zwaard en in de linker de Nobele Qur'an, kan gevoeglijk naar het rijk waar broodje aap gegeten wordt. [4]
- Het woord gevoeglijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gevoeglijk" herkend door:
84 % | van de Nederlanders; |
71 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ "gevoeglijk" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Withuis, JolandeJuliana 2016 ISBN 978-90-234-3523-5 pagina 256
- ↑ NRC Arie Visser 20 oktober 1992
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be