Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·brek·ziek·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gebrekziekte gebrekziektes
gebrekziekten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de gebrekziektev

  1. (medisch) ziekte veroorzaakt door onvoldoende voeding, voedingsstoffen of vitaminen
    • Scheurbuik is een gebrekziekte, er is een tekort aan vitamine C 
    • Marasmus is een gebrekziekte, er is een algemeen tekort aan voedingsstoffen. 
Vertalingen

Gangbaarheid