Nederlands

 
ravage na een gasexplosie
Uitspraak
Woordafbreking
  • gas·ex·plo·sie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gasexplosie gasexplosies
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de gasexplosiev

  1. ontploffing door plotselinge ontbranding van een grote hoeveelheid gelekt gas
    • Rond 16.30 uur was er in de Jan van der Heijdenstraat en omgeving een grote klap te horen. Door een verwoestende gasexplosie liepen drie woningen in de straat ontzettend veel schade op. Zoveel dat vanaf de straat de binnenkant te zien is. [1] 
    • Bovendien zegt de bron van Znak dat een gasexplosie vrijwel zeker niet de oorzaak van de ramp kan zijn. ,,Daarvoor moet je een enorme concentratie gas hebben. Ofwel iemand heeft opzettelijk het gas opengezet, ofwel het was geen gas.’’ [2] 
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen