Nederlands

Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • flu·we·len git·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord
verkleinwoord fluwelen gitje fluwelen gitjes

Zelfstandig naamwoord

het fluwelen gitjeo dim. tant.

  1. (tweevleugeligen) Cheilosia velutina   een vliegensoort uit de familie van de zweefvliegen (Syrphidae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1840 door Loew
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie