eikenborsteltje
- (IPA in voorbereiding)
- ei·ken·bor·stel·tje
- samenstelling van eik zn en borsteltje zn met het invoegsel -en-
het eikenborsteltje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord eikenborstel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ||
verkleinwoord | eikenborsteltje | eikenborsteltjes |
het eikenborsteltje o dim. tant.
- (vlinders) Psoricoptera gibbosella een vlinder uit de familie tastermotten (Gelechiidae). De wetenschappelijke naam is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1839 door Philipp Christoph Zeller. De soort komt voor in Europa
- Het woord 'eikenborsteltje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.