eiken
- Geluid: eiken (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɛikə(n) / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland, Limburg): /ɛɪ̯kə(n)/
- (Vlaanderen, Brabant): /ɛːkə(n)/
- ei·ken
stellend | |
---|---|
onverbogen | (alleen attributief) |
verbogen | eiken |
eiken
- vervaardigd van het hout van de eik
- Hij had een prachtige eiken tafel.
1. vervaardigd van het hout van de eik
de eiken mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord eik
- Het woord eiken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "eiken" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be