eigendomsoverdracht

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ei·gen·doms·over·dracht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eigendomsoverdracht eigendomsoverdrachten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de eigendomsoverdrachtv / m

  1. (economie) overdracht van het eigendom van de ene naar de andere persoon bijvoorbeeld na verkoop van een goed
     Nederland heeft een belangrijke stap gezet in de teruggave van kunst en andere culturele objecten die in het verleden uit voormalige koloniën zijn meegenomen. Demissionair staatssecretaris Uslu voor Cultuur tekende in Sri Lanka de eigendomsoverdracht voor zes topstukken uit het Rijksmuseum in Amsterdam.[2]
     De nieuwe eigenaar verstevigt de kapitaalbuffers met 88 miljoen euro. Polishouders ondervinden geen enkel nadeel van de eigendomsoverdracht en behouden al hun rechten.[3]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Sri Lanka krijgt zes topstukken terug, en dat is het begin van meer” (Maandag 28 augustus, 16:52), NOS
  3.   Weblink bron “DNB redt levensverzekeraar Conservatrix via onteigening” (Maandag 15 mei 2017, 14:05), NOS