dyspepsie
- dys·pep·sie
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘slechte spijsvertering’ voor het eerst aangetroffen in 1624 [1]
- afgeleid van het Griekse 'pessein', 'pettein' (verl. deelw. peptos) (doen rijpen, koken, bakken) met het voorvoegsel dys- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dyspepsie | dyspepsieën |
verkleinwoord |
- (medisch) gestoorde spijsvertering
1. gestoorde spijsvertering
- Het woord dyspepsie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "dyspepsie" herkend door:
27 % | van de Nederlanders; |
34 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "dyspepsie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ dyspepsie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be