duikerbok
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dui·ker·bok
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van duiker zn en bok zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | duikerbok | duikerbokken |
verkleinwoord | duikerbokje | duikerbokjes |
Zelfstandig naamwoord
de duikerbok m
- (evenhoevigen) Sylvicapra grimmia Afrikaanse antilopesoort, behorende tot de onderfamilie der duikers Cephalophinae
Synoniemen
- gewone duiker
Gangbaarheid
- Het woord 'duikerbok' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.