drongo's
- (IPA in voorbereiding)
- dron·go's
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | drongo's | |
verkleinwoord |
de drongo's mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord drongo
- meervoudsvorm als officiële benaming (zangvogels) Dicruridae een familie van vogels uit de orde zangvogels
- [2] zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
- [2] Sharpes drongo, treurdrongo
- [2] aldabradrongo, andamanendrongo, bismarckdrongo, bosdrongo, bronsdrongo, Ceylonese kuifdrongo, comorendrongo, fantidrongo, Filipijnse drongo, glansvlekdrongo, grijze drongo, haarkuifdrongo, koningsdrongo, kortstaartdrongo, kraaienbekdrongo, kuifdrongo, mayottedrongo, palawandrongo, rechtstaartdrongo, spateldrongo, staalglansdrongo, sulawesibergdrongo, Sumatraanse drongo, tablasdrongo, vlaggendrongo, Wallace' drongo, witbuikdrongo
- Angolese drongovliegenvanger, Filipijnse drongokoekoek, Molukse drongokoekoek, Senegalese drongovliegenvanger
- bruine drongovliegenvanger, drongokoekoek, drongovliegenvanger
- Het woord 'drongo's' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.