driehonderdentweeëntwintig

Nederlands

0	3	2	2

driehonderdentweeëntwintig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  driehonderdentweeëntwintig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌdrihɔndərtɛnˈtwejənˌtwɪntəx / (8 lettergrepen)

Woordafbreking

• drie·hon·derd·en·tweeën·twin·tig, drie·hon·derd·en·twee·en·twin·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  driehonderd ht,   en vw  en  tweeëntwintig ht 

Hoofdtelwoord

driehonderdentweeëntwintig

1. "322", langere vorm van driehonderdtweeëntwintig, driehonderd plus tweeëntwintig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft driehonderdentweeëntwintig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot driehonderdentweeëntwintig. 

Synoniemen

• driehonderdtweeëntwintig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "driehonderdentweeëntwintig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• driehonderdentweeëntwintigste

hooftelwoord samengesteld met "driehonderdentweeëntwintig" ht als linkerdeel

• driehonderdentweeëntwintigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'driehonderdentweeëntwintig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.