Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • don·zi·ge eik
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord donzige eik donzige eiken
verkleinwoord donzig eikje donzige eikjes

Zelfstandig naamwoord

de donzige eikm

  1. (bloemplanten) Quercus pubescens   een loofboom behorend tot de napjesdragersfamilie (Fagaceae  ). Het verspreidingsgebied loopt van Zuid-Europa, Midden-Europa, West-Europa tot aan klein Azië en het Kaukasus-gebergte. In West-Europa komt de plant voor in Frankrijk, Italië, de Balkan, Sardinië en Corsica
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie