donzige eik
- Geluid: donzige eik (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
- don·zi·ge eik
- verbinding van donzige en eik
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | donzige eik | donzige eiken |
verkleinwoord | donzig eikje | donzige eikjes |
de donzige eik m
- (bloemplanten) Quercus pubescens een loofboom behorend tot de napjesdragersfamilie (Fagaceae ). Het verspreidingsgebied loopt van Zuid-Europa, Midden-Europa, West-Europa tot aan klein Azië en het Kaukasus-gebergte. In West-Europa komt de plant voor in Frankrijk, Italië, de Balkan, Sardinië en Corsica
- Het woord 'donzige eik' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] donzige eik in het Nederlands Soortenregister N
- [1] donzige eik op Wikidata
- [1] donzige eik op "Wilde planten in Nederland en België" ♣