dinoflagellaat
- Geluid: dinoflagellaat (hulp, bestand)
- IPA: / ˌdinoˌflaɣɛˈlat / (5 lettergrepen)
- di·no·fla·gel·laat
- van Neolatijn Dinoflagellata, gevormd uit Oudgrieks δῖνος (dínos) "werveling" en Latijn flagellum "zweep", in 1885 geïntroduceerd door de Duitse dierkundige O. Bütschli [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dinoflagellaat | dinoflagellaten |
verkleinwoord |
de dinoflagellaat m
- (protisten) eencellige met een tweetal zweepstaartjes die in water leven, uit de stam Dinoflagellata
- ▸ Klein probleempje: dinoflagellaten zijn microscopisch klein en er zit niet meer dan enkele tientallen nanogram aan C in een fossiele dinoflagellaat. Niemand kon daarvan de verhouding tussen 12C en 13C meten.[2]
- Het woord 'dinoflagellaat' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Bütschli O.3. Unterabtheilung (Ordnung) Dinoflagellata. (1885) in: Dr. H.G. Bronn's Klassen und Ordnungen des Thier-Reichs, wissenschaftlich dargestellt in Wort und Bild. Erster Band Protozoa., C.F. Winter'sche Verlagshandlung, Leipzig / Heidelberg., p. 906-1029
- ↑ Weblink bron Appy Sluijs“Terugkijken naar een miljoenen jaren oud klimaat” (12 juni 2019) op nrc.nl