Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pro·tis·ten
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de protistenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord protist
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (biologie) verzamelgroep van de eencellige eukaryoten die niet tot planten, dieren of schimmels worden gerekend, Protista  
Hyperoniemen
Hyponiemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie