dichter-zanger
- Geluid: dichter-zanger (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdɪxtər ˈzɑŋər / (4 lettergrepen)
- dich·ter-zan·ger
- samenstelling van dichter zn en zanger zn , geschreven met een koppelteken volgens spellingregel 6.D
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dichter-zanger | dichter-zangers dichters-zangers |
verkleinwoord | - | - |
de dichter-zanger m
- (beroep) iemand die liederen zingt waar hij zelf de tekst van heeft geschreven
- ▸ “Amsterdam is een bananenrepubliek,” schreef de dichter-zanger Heinz Hermann Polzer alias drs. P.[1]
- Het woord dichter-zanger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Henk van Gelder“Een Zwitser aan de gracht; Zanger-dichter drs. P.; 'Ook Amsterdam kent eilandjes van rust en beschaving'” (24 juli 1991) op nrc.nl