dameskapsalon
  • da·mes·kap·sa·lon
enkelvoud meervoud
naamwoord dameskapsalon dameskapsalons
verkleinwoord

dameskapsalon m/o

  1. (economie) zaak waar vrouwen hun haar kunnen laten verzorgen
     Kort na middernacht gingen dinsdag bij bomaanslagen in Baquba, 55 kilometer ten noordoosten van Bagdad, in één straat acht winkels de lucht in, waaronder vier dameskapsalons.[1]
     In dezelfde gemeente was een man die een dameskapsalon had waar men ”polca-haar” knipte. De gemeente was in beroering geraakt omdat deze kapper zich via dagbladen aandiende.[2]
  1.   Weblink bron “Veel doden bij aanslag in Bagdad” (22 februari 2006), Reformatorisch Dagblad
  2.   Weblink bron
    J. Mastenbroek
    “Verliefd stel op zondag bij elkaar” (31 januari 2011), Reformatorisch Dagblad