computertaalkunde

  • com·pu·ter·taal·kun·de
enkelvoud meervoud
naamwoord computertaalkunde -
verkleinwoord - -

de computertaalkundev

  1. (taalkunde) (informatica) onderzoek van natuurlijke talen waarbij programmeerbare machines worden gebruikt
     De kwantitatieve en de computertaalkunde zijn gebieden die misschien het meest overeenkomen met wat de titel van het voor u liggende artikel suggereert: wat voor nut heeft de computer nu voor taal- en letterkunde en waar kan men daar meer over lezen?[1]
     In 1970 promoveerde hij op een proefschrift over computer-taalkunde.[2]
  1.   Weblink bron
    A.A. Verrijn Stuart
    De computer in de taal- en letterkunde in: Forum der Letteren., jrg. 1975 nr. 4 (december 1975), Smits Drukkerij en Uitgeverij, Den Haag, p. 213
  2.   Weblink bron Personalia : Dr H. Brandt Corstius in: De Volkskrant  , jrg. 52 nr. 15073 (27 april 1974), NV De Volkskrant, 's-Hertogenbosch, p. 11 kol. 7