cobrar
stamtijd | ||
---|---|---|
tegenw. tijd |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
cobro | cobrava | cobrat |
1e vervoeging | volledig |
cobrar
- (een prijs) berekenen, in rekening brengen
- innen, incasseren
- verdienen, loon ontvangen
- co·brar
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
cobrar |
cobraba |
cobrado |
volledig |
cobrar
- onovergankelijk geld ontvangen, geld innen, loon ontvangen
- overgankelijk ontvangen, innen, incasseren, verdienen
- apporteren (bij jacht)
- verwerven, verkrijgen
- opvatten, krijgen