• chroom·zuur
enkelvoud meervoud
naamwoord chroomzuur chroomzuren
verkleinwoord - -

het chroomzuuro

  1. (scheikunde) het zuur H2CrO4 waarvan alle chromaten afgeleid zijn
    • Bij oplossing van chroomtrioxide in zwavelzuur onstaat het dieporanje en uiterst agressieve chroomzuur dat wel als grondig reinigingsmiddel van glaswerk gebruikt werd tot bekend werd hoe kankerverwekkend zeswaardig chroom kon zijn.